Geosynthetische kleiafdichtingen
Laatst bijgewerkt: 05-05-2025
Definitie
Geosynthetische kleiafdichtingen (GCL's) zijn fabrieksmatig vervaardigde waterkerende composietmaterialen die bestaan uit een laag bentonietklei ingeklemd tussen twee lagen geotextiel of gekoppeld aan een geomembraan, samengevoegd door naaldponsen, stikken of lijmen.
Omschrijving
GCL's dienen als hydraulische barrière om water, percolaat of andere vloeistoffen en soms gassen tegen te houden. Ze worden gebruikt als alternatief voor verdichte kleilagen of geomembranen, of in combinatie hiermee. De bentoniet in de GCL zwelt op bij contact met water, waardoor een dichte, waterdichte laag ontstaat die lekkage tegengaat. Natriumgebaseerde bentoniet met een hoog zwellend vermogen heeft hierbij de voorkeur.
Toepassingen
Geosynthetische kleiafdichtingen worden toegepast in diverse civiele en milieutechnische projecten waar vloeistof- of gasinsluiting nodig is. Veelvoorkomende toepassingen zijn afdichtingen van stortplaatsen (zowel bodem- als oppervlakteafdichting), vijvers, kunstmatige meren, ondergrondse garages en daktuinen. Ze kunnen ook worden ingezet bij projecten met olietanks en chemische opslagterreinen.
Voordelen ten opzichte van traditionele kleilagen
GCL's bieden diverse voordelen ten opzichte van traditionele verdichte kleilagen. Ze zijn fabrieksmatig geproduceerd, wat zorgt voor een consistente, zeer lage doorlatendheid. De installatie is over het algemeen sneller en eenvoudiger. GCL's hebben een zelfdichtend vermogen bij perforaties en overlappen. Daarnaast zijn ze minder gevoelig voor vorst-dooi-cycli en uitdroging dan verdichte klei. Een ander voordeel is dat ze aanzienlijk minder dik zijn dan een equivalente verdichte kleilaag, wat ruimte bespaart, bijvoorbeeld in stortplaatsen.
Vergelijkbare termen
Geomembranen
Gebruikte bronnen: